"EC verplicht meelevering browsers bij Windows"

Woordvoerder Jonathan Todd van de EC benadrukt dat er nog geen definitief besluit is genomen. Hij stelt dat de browserverplichting pas van toepassing is als het nu uitgedrukte oordeel in de voorlopige beslissing van de Commissie definitief wordt. Het onderzoek naar deze kwestie is nog in volle gang, verklaart Todd.
Bij de eerste keer dat een computer opstart, krijgt de gebruiker dan de keuze voorgeschoteld welke browser de default moet zijn. Microsoft moet Windows aanpassen zodat er een duidelijk keuzemenu is, bepaalt de EC nu. Vorige maand kwam al naar buiten dat de antitrusttak van de Commissie deze corrigerende maatregelen in overweging heeft.
Reageren
Microsoft krijgt eerst nog de gelegenheid te reageren. Pas daarna volgt er een officieel besluit over de browserverplichting. De deadline voor Microsofts reactie is gesteld op medio maart. Het bedrijf laat weten de EC-beslissing nu te bestuderen.
De leverancier van het marktdominante Windows heeft zijn besturingssysteem eerder al een keuzemogelijkheid meegegeven voor andere default-programma’s. Dat is gebeurd in het kader van de Amerikaanse antitrustzaak, waarin Microsoft schuldig is bevonden aan misbruik van zijn monopoliepositie.
De EC is echter niet tevreden over de daarna opgelegde strafmaatregelen en de stappen die Microsoft zelf heeft genomen. De markt voor webbrowsers lijdt volgens de Commissie nog altijd onder monopoliemisbruik doordat Internet Explorer meekomt in Windows. Microsoft heeft zijn browser ooit geïntegreerd in zijn besturingssysteem om toenmalig concurrent Netscape de das om te doen.
Pc-producenten
De verplichting voor meelevering wordt dus aan Microsoft opgelegd. Dit raakt echter ook de producenten van pc’s. Die bedrijven krijgen ook te maken met de keuzemogelijkheid en zouden die zelfs kunnen nemen voor hun klanten. Enerzijds biedt dit diversiteit, anderzijds kan dit vanwege configuratie- en supportkosten weer terugleiden naar IE als default.
De EC kiest echter bewust voor betrokkenheid van de computerleveranciers. Dit is een les die de antitrustdivisie heeft geleerd uit de eerdere verplichting aan Microsoft om diens Media Player niet mee te leveren met Windows. De softwareproducent heeft voldaan aan die verplichting, maar de resulterende mediaspeler-loze Windows N-editie kost hetzelfde als de reguliere uitvoering
Windows N
De EC had wel bepaald dat Microsoft de prijs voor Windows N niet mocht verhogen als compensatie voor het loskoppelwerk. Toevoeging van een alternatieve mediaspeler kost iemand echter geld; de pc-fabrikant of de wederverkoper. De gemiddelde eindgebruiker heeft hoe dan ook weinig interesse in een besturingssysteem dat geen mediaspeler heeft. De N-editie heeft dan ook weinig aftrek gevonden in de markt.