Microsoft ontwerpt nieuw printermodel voor Windows 8
Momenteel zijn sommige printerdrivers meer dan 100MB groot, en vaak bevatten de drivers veel dialogen en schermen om instellingen aan te passen. In Windows 8 worden driver en interface losgekoppeld; de configuratieschermen worden ondergebracht in een aparte Metro-app. Op die manier wil Microsoft bijvoorbeeld voorkomen dat Metro-gebruikers ineens een afwijkend scherm voor hun neus krijgen als de printerdriver een melding over te weinig papier of inkt geeft.
Het nieuwe drivermodel moet ook de interne communicatie met de printer vergemakkelijken. Bij traditionele Windows-applicaties moeten gegevens eerst worden omgezet naar een formaat dat door de printer ingelezen kan worden. Metro-apps gebruiken Direct2D om in Windows 8 zaken op op het scherm te zetten en diezelfde api bevat ook printfunctionaliteit. Voor apps die de opmaak van gegevens willen aanpassen alvorens ze naar de printer te sturen, is er de mogelijkheid om met xaml en stylesheets een aparte printlayout te maken.
Microsoft werkt samen met de grote printerfabrikanten om ervoor te zorgen dat nieuwe printers overweg kunnen met de ingebouwde class drivers. Het staat fabrikanten echter nog steeds vrij om een aparte driver met extra functionaliteit te ontwikkelen, zolang die op het nieuwe v4-model wordt gebaseerd. De nieuwe architectuur moet er dan voor zorgen dat deze drivers minder schijfruimte innemen en sneller werken dan hun voorgangers.
Microsoft zegt dat Windows 8 standaard zo'n 2500 verschillende printers ondersteunt, 400 meer dan Windows 7. De benodigde schijfruimte voor de bijbehorende drivers is echter teruggebracht van 446MB naar 184MB. Windows 8 is overigens ook backwards compatible met het V3-model. Zo wil Microsoft de situatie vermijden die ontstond met de overstap van Windows XP naar Vista; bij Windows Vista was de onderliggende techniek om drivers te gebruiken aangepast, waardoor veel apparaten met XP-drivers niet meer werkten.